Monday, March 4

reisverhalen en ’n beetje culi-klets

Na een mooie week op Koh Samui steken we van rechts naar links van de Golf van Thailand naar de Andamanse Zee. Onderweg rijden we langs met veel beleid uitgekozen tempels. Bij toeval vinden we een wat waar een festival gaande is. Er hangt een grote banner naast de “wihan” met een groot deel van de koninklijke familie. De jongedame linksonder is de kroonprinses: zij ligt al ruim een jaar in coma nadat ze getroffen werd door hartklachten. Probleempje is dat de 4 oudste zonen van de koning - die hij samen met z’n tweede vrouw kreeg - uit de familie zijn gezet net als hun moeder (overspel). Zijn 18 jarige jongste zoon heeft geestelijke problemen en woont al jaren in Duitsland.. Al met al er is momenteel geen kroonopvolging van de 71 jarige vorst geregeld… De dame linksboven is de koningin-moeder, die na een beroerte in 2012 niet meer in het openbaar is geweest. De koning zelf woont ook in Beieren  en heeft daar een hele vleugel van een hotel voor zijn 20 maîtresses (hoezo overspel..?). De vrolijkheid spat van de fotomontage af, maar of er reden voor vrolijkheid is vraag ik me af.

Ook het restaurant in Sichon aan de monding van een rivier komen we niet toevallig tegen; het krijgt goede recensies en heeft een leuke menukaart. Nog niet helemaal bekomen van het ontbijt bestelt Paul een paar fishcakes en  gefrituurde garnalen, door die op de kaart met foto’s aan te wijzen (da’s meestal de veiligste manier…). Maar dat gaat niet helemaal goed deze keer: er komt een mooi opgemaakt bord met rauwe garnalen! We eten echt van alles, maar dat gaat ons iets te ver. Garnalen weer terug.

Al thuis in Leiden heb ik m’n zinnen gezet op een omelet met krabvlees: in Bangkok is dat een hype bij het streetfood-restaurant van Jay Fai (= restaurant aan de straatkant) en is de bijnaam van de kleine Thaise eigenaar die met haar lasbril op - naast de omeletten een paar visgerechten uit de wok tovert - al een paar jaar een Michelinster voor haar streetfoodrestaurant heeft gekregen. Vanwege dat laatste staan er elke dag  - ondanks de fikse prijs (THB 1000 / €25 voor een omelet) - dikke rijen  Bangkokianen en toeristen buiten. Het omelet in Sichon was trouwens ook heerlijk!

Voor een bezoek aan Nakhon Si Thammarat – de hoofdstad van Nakhon Si Thammarat (alle 77 provincies hebben de zelfde namen als de hoofdsteden) – is één dag genoeg wat ons betreft. De Wat Phra Mahathat is één van de belangrijkste tempels van het land; de indrukwekkende  stupa staat helaas in de steigers. Dat hebben wij weer…. Verder genieten we 's avonds van een heerlijke kom Noodlesoup op straat bij een leuk familierestaurantje en de volgende dag van het Thaise ontbijt in het Navakitel Design Hotel; https://www.navakiteldesignhotel.com. Dat design betekent vooral veel beton en dat betekent dan weer dat het nogal gehorig is, maar dan wel weer een cool design. Het Thaise ontbijt bestaat uit een Khao Tom (rijstsoep) , heerlijke dim sums en mijn favoriet: patongo (thaise donuts met zoete geconcentreerde melk om in te dippen)  Daar lust ik wel pap van! Voor de enkele farang (westerling) in het hotel liggen er ook 2 geroosterde boterhammetjes met wat jam; die laten we links liggen.


Een andere reden om deze kant op te gaan is het Khao Luang National Park; er staan een paar mooie watervallen op ons lijstje. Bij de eerste werd duidelijk dat het park dicht is vanwege de zware regenval in de bergen. Na de ellende met het voetbalteam waarbij de voetballertjes 17 dagen vastzaten in een grot na een flash flood door regenoverlast zijn ze extra voorzichtig. Geen watervallen vandaag…. We toeren wat door de prachtige bergachtige omgeving en vinden een dorp waar durian boomgaarden in de bergen zijn. Zo is m’n dag toch nog goed en heb ik m’n jaarlijkse durian-momentje.

We zijn uiteindelijk ‘n tikkeltje vroeg bij D’Endless Resotel. De kamer is gelukkig beschikbaar; we waren – zo bleek later – de enige gasten. Het hotel ligt in “the middle of nowhere” dus we wilden graag daar dineren. Zou tot 20:00 uur kunnen, dat werd bij inchecken 18:00 uur en even later 17:30 uur . Uiteindelijk werden we om 17:00 uur gebeld dat we meteen moesten komen; vroeg dinertje en gezellig met z’n tweetjes… Omdat het die dag Valentijnsdag was sloten we af met een chocolade brownie. Romantisch etentje hoor!

De volgende dag schijnt de zon weer en is het National Park weer open! Elk nadeel heb z’n voordeel; door de overmatige regenval van gisteren zijn de watervallen flink gevuld en komen ze met veel gebulder naar beneden. En dat we in een regenwoud rondlopen is maar al te duidelijk als we de parkeerplaats oplopen en allebei flink bloeden aan de voeten: bloedzuigers...!

Na een overnachting in Krabi – in een hip en drukbezocht hotel van een nieuwe Thaise hotelketen (Blu Monkey) – gaan we de volgende dag via de Pakasai Country Club naar Koh Lanta. We hadden het hotel gekozen omdat het vlakbij de nachtmarkt zou zijn; dat bleek echter niet meer te bestaan. Het ligbad op het balkon keek uit op de markt, dus het was wat lastig om ongezien in en uit het bad te stappen. Wel leuk om zo midden in de drukke stad buiten te badderen! Overigens waren alle badproducten van het merk Banana en roken daadwerkelijk allemaal naar banaan! En naast de gratis koffie- en theefaciliteiten ook banaantjes voor het grijpen. Geinig. Het ontbijt viel een beetje tegen, maar de zoetigheden (zie foto) waren heerlijk en leuk om te proberen.

zoete ontbijthapjes in Krabi

Via Messenger boeken we een afslagtijd bij de Pakasoi Country Club; het lijkt te zijn gelukt, maar Mr Marc blijkt bij aankomst niet op de lijst te staan. No ploblum! Wanneer wij we ons om half negen melden blijkt er een handje vol spelers de baan in te zijn. We tuffen met z’n vieren in een buggy over de mooie baan en zijn tweeënhalf uur later weer terug in het clubhuis. Leuke ronde, niet geweldig gespeeld.

De volgende 4 dagen verblijven we op Koh Lanta. Zo’n 10 jaar geleden hebben we daar ook gelogeerd; we hadden toen via Airbnb een huis op palen in de zee gehuurd in Old Town aan de zuidoostkust. Heerlijk rustig en een hippieachtig sfeertje. Deze keer zitten we aan de noordwestkust in het gedeelte waar zich de meeste toeristen bivakkeren. Het Twin Lotus Resort and Spa ligt direct aan het strand en vooral het ontbijtbuffet wordt alom geprezen. Wij zijn het ermee eens; eindelijk weer ‘ns Franse kazen, vleeswaren, heerlijk brood en volop fruit en….. patongo!!

We maken een wandeling door het National Park op de zuidpunt: veel klauteren en transpireren, maar met als toegift een duik in het azuurblauwe zeewater op de plek waar de wandeling eindigt. We maken een “sentimental journey” naar Old Town en we toeren over het buureiland Koh Lanta Noi. Nog steeds is Koh Lanta veel minder druk dan Koh Samui, maar gezien de toename van het toerisme in het hele land zal ook dat wel gaan veranderen. Jammer! (

En voor je het weet zijn we weer op het vasteland op weg richting Khao Sok NP. Vanaf ons terras hebben we prachtige zichten op de bergen en indrukwekkende wolkenluchten die in de verte zeker voor onweersbuien hebben gezorgd. De volgende dag krijgen we een voedzame maaltijd voordat we naar de golfbaan gaan. De prachtig gelegen baan is ietwat vochtig en het spel weer niet optimaal maar het tropische regenwoud waar de baan in is aangelegd maakt een boel goed!

een voedzaam ontbijt voorafgaand aan de 18 holes ronde

Laatste stop van de trip is dezelfde als de eerste: The Nest Private Beach Resort. Heerlijk oord en deze keer kunnen we ook genieten van de culinaire geneugten. ’t Heeft ’n paar weken geduurd, maar nu zijn we qua gezondheid weer helemaal top!

Op weg naar Hua Hin stoppen we nog even bij de Gouden Tempel; werkelijk alles op dit terrein is goudkleurig. Alle gebouwen, beelden, noem maar op. Als we tijdens het bezoek een schilder bezig zien laat hij ons zien waar al dat goud vandaan komt: de verfpot!

wat 'n desillusie....


No comments: