Sunday, December 23

snakken naar adem...


Toen we vorig jaar in Bangkok waren was de koudegolf voorpaginanieuws; mensen bleven binnen omdat het maar 25C was... Deze keer is het zo'n 10 graden warmer, de luchtvochtigheid is hoog en het is windstil. Met als gevolg dat nu de gevaarlijke smog het nieuws beheerst. De Bangkokianen wordt aangeraden binnen te blijven (voor ons geen optie...) en buiten in ieder geval een monddoekje te dragen. (terwijl duidelijk is dat dat niet helpt tegen fijnstof!)


Door de weersomstandigheden en de 30.000 passen (!) van donderdag hebben m'n voeten het trouwens opgegeven, maar gelukkig heeft het Amara hotel een heerlijk zwembad (met uitzicht op de Mahanakon toren) en een koele clublounge om bij te komen, met van 5 tot 7 uur gratis drankjes en hapjes. Onze clubkamer op de 21ste verdieping is ook een oase van rust en bovendien voorzien van zo'n geniaal Japanse toilet....

Voordat we de auto op het vliegveld inleverden bezochten we onderweg nog 2 tempels: de grootste tempel van Thailand waar honderden mensen rondliepen met trays vol met - naar later bleek - gekookte eieren. Dat is bij die tempel de manier van offeren wanneer de wensen zijn uitgekomen; blijkbaar is iedereen in Chachoengsao erg tevreden. 


Nog nooit zoveel eieren bij elkaar gezien. Ook veel schoenen... Voor het eerst - zoals voor jassen in de schouwburg - kregen we een nummertje om ze later weer veilig op te kunnen halen. (maar laten we nou eerlijk zijn, wie wil er weglopen op van die Jezus-sandalen....)

Met het kolossale beeld van een Ganesha bij een hindoeïstische tempel maakten we de cirkel van de rondreis kompleet. De eerste dag - bijna 4 weken eerder - begonnen bij de olifant met 3 koppen van het Erawan museum, eindigen we nu met de olifant met de 4 armen. De olifant is een belangrijk symbool voor Thailand en het boeddhisme. Vervolgens na zo'n 3300 km de auto - weliswaar niet spic en span - zonder ook maar een krasje weer ingeleverd bij de mevrouw van Hertz.


Het uitzicht vanaf de 341 meter hoge Mahanakon toren was door de smog niet erg helder. Door het glazen plateau was straatniveau wel heel duidelijk zichtbaar en ik heb daarom mijn beurt voorbij laten gaan; Paul trok onverstoord de sloffen over z'n schoenen aan en liep alsof er niets aan de hand was op zo'n 300 meter hoogte over een glasplaat.
Tot voor kort was de toren de hoogste van Thailand, maar dat is inmiddels achterhaald. Nu is het het hoogste uitkijkpunt van het land.
Paul was trouwens helemaal in z'n nopjes omdat-ie vanwege zijn leeftijd een flinke korting op de entreeprijs kreeg. Heb het ook nog even geprobeerd, maar nee, ik zag er veel jonger uit dan 60... Mijn dag ook weer goed!

Bang Rak, waar het hotel zich bevindt, is - zoals de Kinkerbuurt in Amsterdam - helemaal aan het "verhippen". Oude pakhuizen worden winkeltjes en trendy restaurants en door de hele buurt veel muurschilderingen. We lunchen er in 2 tentjes aangeraden door de food-guru Mark Wiens; bij de ene belanden we bij toeval en de ander na enig speurwerk gevonden. De laatste is een streetfood restaurant met een paar tafeltjes op de stoep; het eten (noedels) mag dan heerlijk zijn, de weersomstandigheden en het drukke verkeer zijn kleine minpuntjes...


Naast als die stappen - met de route op de iPhone in de hand - hebben we de stad doorkruist met tuk tuks, rivierboten, skytrain en ondergrondse. Het is - waarschijnlijk ook door de komende feestdagen - erg druk in de stad (de smog zal de komende dagen dan ook alleen nog maar toenemen...) En ondanks het feit dat slecht 5% van de bevolking christelijk is staat de hele stad vol met kerstbomen en klinken de kerst-evergreens luider dan ooit.

de kerstboom bij Iconsiam
We doen de laatste boodschapjes en shoppen wat in de luxe shoppingmalls. De nieuwste aanwinst - Iconsiam - is weer mooier dan de andere en ligt op een prachtige plek aan de rivier.  Ze gaan er prat op dat ze de eerste Apple store van het land hebben; dat klinkt wellicht vreemd omdat er heel veel Apple-producten worden verkocht. De meeste daarvan zijn denkelijk niet echt! 

'Ben trouwens 7 weken op zoek geweest naar mangosteens, maar die waren in heel Thailand niet te krijgen en kreeg steeds te horen dat het fruit "out of season" was. Pas in Bangkok vind ik er een paar, maar die lijken  ietwat overrijp. Gelukkig blijken ze bij thuiskomst bij de Lidl in de Kopermolen volop te krijgen zijn...


De verkiezingen waar ik vorig jaar over schreef hebben nog steeds niet plaatsgevonden en staan nu voor 24 februari 2019 op het programma. De bedoeling is dat voor die datum de koning ook nog even wordt gekroond, maar daar is volgens mij nog niets over bekend. (ik denk dat-ie stilletjes hoopt dat het een en ander niet doorgaat....) We zullen zien hoe het land er volgend jaar voorstaat!

Overigens zakt Bangkok momenteel 2 cm per jaar en in combinatie met de klimaatveranderingen zal de stad - volgens de deskundigen - over 10 tot 15 jaar (gedeeltelijk) overstroomd zijn! Misschien volgend jaar toch maar weer gaan, nu het nog met droge voeten kan... Bangkok blijft boeien!

Tuesday, December 18

aroy mak mak!

Op de plaats waar ons bed staat in de "historic inn" in Chantaburi stond in het begin van de vorige eeuw de vrouw des huizes lokale lekkernijen klaar te maken; de kamer heet dan ook toepasselijk "Mother's Kitchen". Zo heeft elke van de 12 kamers een naam die iets te maken heeft met de historie van het 150 jaar oude huis of de rubberplantages waar de toenmalige eigenaar rijk mee is geworden. (http://www.baanluangrajamaitri.com/en/ ) Het huis - dat ook dienst doet als museum (alleen de entree op de benedenverdieping) - is gebouwd van hout en flink gehorig. Bij aankomst worden we al gewaarschuwd voor de krabben die in deze periode vanuit zee in de rivier komen paaien; het is niet dat de krabben veel kabaal maken, maar wel de vissers die de hele nacht met erg lawaaiige bootjes op jacht zijn naar de beestjes.... Ook het verkeer in het smalle straatje van de -overigens schitterende - "waterfront" komt al weer vroeg op gang.

Het ontbijt - je hebt keuze uit 3 soorten; noedels, congee of gebakken eieren - moet je de dag van te voren al bestellen, want dat wordt bij één van de vele eettentjes besteld! Ba Mai - het noedelrestaurantje van de overbuurvrouw levert m'n noedels en is om zes uur al bezig met de voorbereidingen... Samen met de eigengebakken Thaise "oliebolletjes" - lekker met gecondenseerde melk - een voedzaam ontbijtje met uitzicht op de rivier.


Tijdens het ontbijt raken we in gesprek met 'n Amerikaanse jongedame die - oh wat 'n toeval -  uit Austin (Texas) komt! Gespreksstof te over dus. We nemen haar op sleeptouw voor een wandeling over de markt, de 'gem-market' en de oude stad en verder gaat ze weer met haar bliksembezoek aan Thailand en Sri Lanka.

Daarna rijden we via de kust richting onze tweede bestemming in Chantaburi. Leuk tochtje vol met verassingen; een volledig witte tempel, een "delfts blauwe" tempel en een idyllisch restaurantje aan een baai, waar we na enig "handen-en-voeten-werk" een voortreffelijk bord curry met softshell crabs en versgemaakte fishcakes op tafel krijgen! Aroy mak mak, oftewel; heerlijk!!


Na het rumoerige hotel in het oude gedeelte van Chantaburi verheugden we ons op het rustige Pimdara hotel, net buiten de stad op het platteland. Druiloren als we zijn hadden we er geen rekening mee gehouden dat de buurman wel eens (minstens) 10 hanen zou kunnen hebben... En ook niet dat die k..beesten niet rond zonsopkomst maar al halverwege de nacht om het luidst begonnen te kraaien. (niets over gelezen in de reviews...)

Het ontbijt maakte een boel goed. De eigenaresse begon met zich te verontschuldigen voor het feit dat het ontbijt alleen uit 'Thai food' bestond; ik vond het heerlijk, vooral omdat er verschillende lokale lekkernijen bij waren! De regio staat bekend om fruit, groenten en kruiden; geen wonder dat er veel bijzondere smaken te ontdekken zijn. De avond ervoor raadde een vriendelijke dame me aan een zure vissoep met het groen van de kardemomplant te bestellen. Dat was de eerste en enige misser op culinair gebied; de soep smaakte naar hoe m'n 'Gehwohl' voetencrème ruikt... Jakkes! (en we hadden haar 's middags nog wel zo lief gewezen op een een paar (grappige) schrijffouten in haar Engelse menukaart. Fired in plaats van fried, Main Cause....)

Maar de geroerbakte rijstnoedels met krab (pad sen Chan buu) en de 'draadjesvlees curry met Chamuang blaadjes' (gaeng muu Chamuang; eerder gegeten bij het nummer 1 restaurant Chanthorn Pochana) bij het ontbijt van Pimdara waren top. Twee lokale favorieten op één bord!


Onderweg naar het Sai Dao National Park en de Chatrium golfbaan staan om de paar honderd meter borden met "Beware of  the Elephants", zelfs soms met rode knipperlichten. Tja, op de Veluwe delven de herten meestal het onderspit, maar wanneer je hier met een vaartje tegen een olifant aanrijdt moet je dat met de dood bekopen (onlangs weer gebeurd). 'n Gewaarschuwd mens telt dus voor twee.

Ook op de baan wordt je zo nu en dan gewaarschuwd voor olifanten en apen. En als we op hole 10 arriveren worden zelfs de caddies onrustig wanneer we dichtbij in de jungle naast de baan een paar keer het getrompetter van een olifant horen... De apen schijnen nogal eens wat te jatten; één van de boeven pakte m'n bal op, keek er aandachtig naar en legde 'm terug. Waarschijnlijk vond-ie 'm te oud.

Het is overigens een schitterende golfbaan in dito omgeving, perfect onderhouden . Jammer alleen dat ook hier 5- en 6-ballen zijn toegestaan....
In het National Park - ondanks het feit dat we als westerlingen 10 keer zoveel voor de entreeprijs betalen als de Thai - staat geen enkel opschrift in het Romeinse schrift. Dat heeft tot gevolg dat we de watervallen mislopen, maar desondanks een leuke wandeling maken.


De volgende etappe is lang en verloopt 'n tikkeltje dramatisch. Het eerste "tussenpunt", La-lu, 'n gebied met wonderlijke erosies, is prachtig en wonder boven wonder ontzettend goed aangegeven. (da's uniek in Thailand!).
De volgende bestemming - het Nana Dhammasathan Buddha park - is aan de werksporen te zien nog maar onlangs vakkundig dichtgetimmerd. Jammer, want de foto's op internet zien er prachtig uit. Op naar het Pang Sida NP; daar aangekomen probeert de man bij de slagboom ons uit te leggen dat er nauwelijks water valt bij de waterval, dus wij maken rechtsomkeer...

Maar het ergste komt nog; het Chantra Hotel in Sa Kaeo - een oninteressante grensstad vlakbij Battambang in Cambodja - is nog lang niet af en de (rokende) werklui zijn overal met veel kabaal bezig, het personeel is zeer onvriendelijk en ongeïnteresseerd en de conversatie loop voornamelijk via een vertaalapp op één van de iPhones van de dames en een rekenmachine. Als klap op de vuurpijl komen de door Paul bestelde spareribs als een soort gehaktschotel op tafel; bij navraag bleken de spareribs fijn gehakt te zijn..... Chop chop!


Nog één overnachting voordat we op woensdag weer naar Suvarnabhumi (of New Bangkok International Airport / BKK) rijden. De rit naar Chachoengsao gaat langs 4 wats, de één nog aparter dan de ander.
De eerste is volledig gedecoreerd met schelpen, de tweede is van top tot teen goud gekleurd, de derde is van roestvrij staal gemaakt en de vierde is op zich vrij gewoontjes ware het niet dat er een enorme kolonie "flying foxes" (grote vleermuizen, ook wel "fruit bats") bivakkeert.

Bij die laatste tempel waren we getuigen van het inzegenen van een gloednieuwe auto (ze laten hier alles inzegenen). De monnik ziet ons staan en zegent ons ook maar even tussen neus en lippen door, ik denk dat de gelukkige eigenaar van de nieuwe auto daar voor betaald heeft.... Wel een prettig idee dat dat eindelijk een keer gebeurd is!


We bezoeken ook een religieus soort Disneyland met kopieën van allerlei Buddhabeelden, 'n markt en restaurants. Alles draait hier om eten. Ik heb er m'n jaarlijkse durian-momentje; dit keer met een Ola ijsje met durian smaak. En - 't is waar  - het aroma komt je tegemoet, wanneer je het pakje open doet...  Ja, 't stinkt! Maar smaakt "aroy mak mak"....


Nog 3 dagen Bangkok in het vooruitzicht! 'Heb weer allerlei wandelingen uitgestippeld door onbekend gebied. Bovendien zijn er 2 nieuwe dingen onlangs geopend; de 'observatory' van de Mahanakon toren en de Iconsiam shoppingmall aan de andere kant van de rivier. Superdeluxe en hypermodern winkelcentrum annex museum annex theater met een fontein-spektakel à la the Bellagio in Las Vegas, direkt aan de rivier. De foto's en filmpjes zien er spectaculair uit.

Wednesday, December 12

ravioli met eend en truffelboter...

Al vroeg wandelen we in Trat naar een restaurantje voor het ontbijt; voor het pandje staat een chique geklede oudere dame continu noedelsoep te maken. Da's het belangrijkste gerecht van de zaak, een andere dame staat paraat om eventueel iets anders in elkaar te flansen. Het is een onbenullig tentje, maar bomvol - nog maar 2 tafeltjes vrij - en aan de foto's op de wand te zien niet alleen bij de locals erg geliefd, maar ook bij de Thaise Beau Monde... De chique dame staat naast allerlei - naar verluid - sterren en bekende Thai.


Van de Groningers begrepen we dat ze - net als de dame in Bangkok, die onlangs als eerste een Michelinster voor een streetfood restaurant heeft gekregen - ook hier kans maken op zo'n ster! (ze wisten trouwens ook te vertellen dat je bij Jay Fai in Bangkok - nu ze zo populair is - 2 uur moet wachten voordat je omelet met krab klaar is)

Voordat we naar de ferry voor Koh Chang rijden lopen we nog even over de markt en kopen fruit voor onderweg; deze vruchten had ik nog nooit gezien, laat staan gegeten en komen alleen uit deze regio. De naam 'snake fruit' danken ze aan de geschubde schil; pellen doet dan ook een beetje pijn, maar ze smaken heerlijk zoet.

Ik sla ook nog even een flesje Nam Man Leuang (ook wel Yellow Oil); 'n kruidenolie die alleen hier in Trat gemaakt wordt en gekocht kan worden en volgens de verhalen goed is voor van alles en nog wat. Paul kan er in ieder geval de jeuk van z'n tientallen muggenbeten mee onderdrukken. Bovendien een lokale bezem op de kop getikt (voor €1,25) en ja, ook de dames van het winkeltje vonden me maar een rare vent, geloof ik. (mooi ding en hartstikke handig hoor...!)


De overtocht naar Koh Chang duurt maar 'n half uurtje en ondanks de roestige boot en bijna vermolmde planken komen we weer goed aan. Voelt als een tochtje naar Texel, maar dan iets warmer en een stuk tropischer... Het eiland is ook een slag groter dan Texel en op 2 na grootste eiland van Thailand. Maar daarbij moet worden gezegd dat alleen rondom een strook van 1 kilometer wordt gebruikt; de rest is dichte jungle met een paar bergen van zo'n 700 meter hoog! En ondanks het feit dat het toerisme de afgelopen jaren flink is toegenomen (vooral rochelende Chinezen en bezopen Russen) is het nog best wel "paradijselijk" hier en daar en net zo relaxed als Koh Lanta.

Veel mooie stranden, maar ook - vooral aan de oostkant van het eiland - leuke vissersdorpjes en restaurantjes. In Kae Bai, waar we logeren, ook volop keus. Plenty Thaise restaurants, 'n enorm "moo kata restaurant" (met je eigen bbq-tje op tafel), een leuke Griek die op ons verzoek in plaats van de onduidelijke achtergrondmuziek geestdriftig op zoek ging naar sirtaki-muziek en een geweldige Italiaan waar ik (als groot liefhebber van de Thaise keuken) de chef heb gecomplimenteerd door te zeggen dat zijn ravioli met eend en truffelboter de lekkerste maaltijd was tijdens ruim 5 weken reizen door Thailand. Tja, het kan verkeren.... (vreemd genoeg hadden we vorig jaar de beste maaltijd bij een Frans restaurant in Phnom Penh)


Ook 'n handvol watervallen verspreid over het eiland; avontuurlijk als we zijn gaan we op zoek naar de 'geheime waterval'. Die staat op geen enkele kaart en wordt niet in gidsen vermeld, maar op internet vinden we duidelijke routeaanwijzingen. Aangekomen bij het beginpunt van de wandeling betalen we 40 Thai Baht (€1) aan de eigenaar van de grond waar we over moeten en beginnen vol goede moed aan de wandeling door de jungle. Niet lang geleden heeft iemand een gevecht tussen een 'King Cobra' en een kleiner slangetje gezien en fotografisch vastgelegd, dus we zijn ook op onze hoede.
Al na een kwartiertje kwamen we er achter dat de wandeling iets te gevaarlijk was, ook omdat het op sommige plekken door de onweersbui van afgelopen nacht glibberig was geworden. Op het moment dat we met een schommeltje (!) moesten afdalen besloten we terug te gaan...


Geen slangen gezien, behalve dan de blauwe slangen die de bewoners beneden van water voorzien. (er wordt dan ook vriendelijk gevraagd om je niet vast te houden aan die slangen omdat ze nogal vaak breken en er dus geen water is in het dorp)

Echt spannend wordt het pas 's middags tijdens Paul's jaarlijkse "kappersbezoek in den verre". Voor hij er erg in heeft is de goedlachse dame met een forse tondeuse zijn achterhoofd als een schaap aan het scheren en al rap ligt er voldoende haar op de grond om er een mooie grijze shawl mee te breien.... Voor z'n nieuwe coupe wordt z'n achterhoofd opgeschoren als was hij een Amerikaanse militair; ik spreek 'm de komende dagen dan ook maar aan met first lieutenant Somers! Maar alla, voor een prikkie ziet-ie er - naar verwachting - vanaf de jaarwisseling weer pico bello uit...


We logeren 5 nachten in het AWA resort; een 4 jaar oud hotel, bijzondere architectuur en mooie kunstobjecten in en om het gebouw. Ze pretenderen het flagship hotel van het eiland te zijn, maar op een paar puntjes verschillen we van mening... Al met al wel een heerlijk verblijf! (al was het maar vanwege de ijskoffie bij het uitgebreide ontbijtbuffet!)

Net als in Hua Hin is het hier overdag hoogwater en zijn de meeste stranden smal of helemaal verdwenen; het hotel heeft een kunstmatig strand aangelegd,niet van echt te onderscheiden; je moet alleen via trappen de zee in. Ter compensatie hebben ze een waanzinnig zwembad, die ze vanwege de lengte van het bad "the river" hebben genoemd.



Morgen, weer terug op het vaste land, logeren we niet meer aan zee, maar aan de Chantaburi river (en daar kan je vast niet in zwemmen...)  in een 150 jaar oude historische inn, die ook dienst doet als museum. Logeren in een museum, da's weer eens wat anders!


Friday, December 7

tropisch eilandje


Helaas  verlaten we Pattaya zonder bij “Ons Moeder” een harinkje te happen; Paul vindt de combinatie haring en 37° C niet erg appetijtelijk… De grote Nederlandse gemeenschap hier in Pattaya en Jomtien is trouwens druk bezig met de Sinterklaasviering, ook op de ambassade in Bangkok wordt daar veel werk van gemaakt! Geen idee hoe het hier met de zwartepieten-discussie staat…

We hebben ons – ondanks alle negatieve verhalen over de stad - overigens prima vermaakt. De heerlijke Holiday Inn heeft daar zeker toe bijgedragen… We zijn wel blij dat we de (verkeers-)drukte nu achter ons laten en rijden via de Chee Chan Boeddha richting het zuiden. Onderweg wordt het verkeer plotsklaps rigoreus van de weg geveegd en een paar minuten later scheurt de lange colonne (inclusief een paar ambulances) van de koning voorbij; rondom de verjaardag van zijn overleden vader (5 december) worden er allerlei fietsevenementen georganiseerd (“bike for dad”) en daar doet hij zelf ook wel ‘ns aan mee. Komend weekend staat er een lange fietstocht op het programma. 5 December is trouwens nog steeds een nationale feestdag en vaderdag bovendien.


Ook rondom Rayong is veel industrie en dus veel drukte op de Sukhumvitroad (deze weg begint als belangrijkste winkelstraat in Bangkok en loopt helemaal door naar het zuiden tot aan de grens met Cambodja). Om diezelfde reden zal er onlangs een prachtige Holiday Inn zijn gebouwd; zo veel luxe zijn we in de Thaise hotels onderweg niet gewend (’t is natuurlijk een ander verhaal voor Bangkok…) Met een infinity pool op het dak en een ontbijtbuffet waar je U tegen zegt. Er zijn nog wel een paar startprobleempjes; wanneer we in de lift stappen om naar onze kamer op de 25ste verdieping te gaan sluiten de deuren en wordt alles opeens zwart. Met veel kracht krijgen we de deuren godzijdank open, maar ‘t was wel een beetje ‘n horrorscenario en ik moet er toch telkens even aan denken als ik de lift in stap…
Overigens heeft Rayong een leuk oud centrum en een pittoreske vissershaven; ’n leuke tussenstop onderweg naar de eilanden.


Met de Fast Ferry varen we in 10 minuten naar Koh Samed; tot voor kort voeren er alleen houten veerbootjes in 45 minuten heen en weer, maar ook hier groeit het toerisme flink. Veel resorts pikken hun gasten nu ook op met eigen speedboten, bij gebrek aan pieren betekent dat wel dat je met je koffer door de branding moet banjeren… Het kleine eiland (slechts 7 km lang en 3 km breed op het breedste punt) ligt op maar 2 uur rijden van Bangkok, dus vooral in het weekend wordt het eiland overstroomd door Bangkokianen. Wij zijn er van dinsdag tot vrijdag en valt het dus wel mee. 
Het is een idyllisch eilandje met parelwit zand, helderblauw water en tropische bomen op de strandjes. In eerste instantie voelt het niet erg Thais aan, maar dat valt later mee onder andere door de Thaise massage, de authentiek restaurantjes en de monniken die ook hier vlak na zessen 's ochtends over het strand lopen om de aalmoezen op te halen. (rond die tijd maar weinig volk op het strand; alleen wat wakkere jongens – zoals ik – om de zonsopkomst vast te leggen)


Aan het einde van de baai bivakkeert een grote groep masseuses die, wanneer je ook maar enigszins in de buurt komt, in koor “want massaazj?” roepen. Een jongedame met nummer 112 is ondernemender en komt zo gauw ze ziet dat we nieuwe gasten zijn op me af met de prijslijst. 

De volgende middag lig ik op haar bankje. Ze meldt dat Thaise massage “strong” is en vraagt of ik dat goed vind. Stoer zeg ik natuurlijk “ja!”. Net zoals ik de vraag “you want spicy ?” in restaurants standaard beantwoord met “sure !”... Dat laatste bevalt niet altijd even goed en 112 – of Poen, zoals ze blijkt te heten – had door mijn pijnreacties snel door dat ze beter door kon gaan op level medium…. Zo werd het door de massage, de zeebries en de Tijgerbalsem 70 minuten genieten daar op het strand! Voor de volgende dag had ze bedacht dat ze vitaminen in m’n haar zou smeren (?!) en het eelt van m’n voeten zou scrubben. Die beurt laat ik maar aan me voorbij gaan… Ze blijft toch lief naar we zwaaien en komt zo nu en dan een praatje maken. Dat zal de handelsgeest wel zijn.


In plaats van die haartherapie besloten we om 2 fietsen te huren. Waarschijnlijk waren het de enige 2 fietsen op het eiland, want echt te befietsen – zoals Texel bijvoorbeeld – is Koh Samed beslist niet. De dame van de receptie beweerde echter dat het niet “velly, but little hilly” is; we hebben bijna de helft van de 12 km met de fiets aan de hand heuvels op lopen sjouwen…. Het eiland is autovrij (die staat dus op een parkeerterrein op het vaste land) en scooters zijn – zoals eerder gezegd – uit den boze; dit zijn geen brommertjes maar ware motoren en dus ben je niet verzekerd als je geen motorrijbewijs hebt.

We hebben een paar keer verzucht dat we dit soort rare fratsen als (bijna) zestigers toch maar niet meer uit moeten halen! Maar awel, we hebben het overleefd en vervolgens op het strand de vochtspiegel weer op peil gebracht...



Ondertussen zijn we weer een nachtje op het vaste land en varen morgen (inclusief de auto) voor 5 dagen over naar Koh Chang. We overnachten nu in een "boutique hotelletje" in de oude binnenstad van Trat en krijgen van de enthousiaste baas en een echtpaar uit Groningen dat hier 7 (?!) weken logeert allerlei tips voor een stadswandeling en eetgelegenheden.Misschien is één nachtje wel te weinig...?

Friday, November 30

Sodom & Gomorra


Onderweg van Hua Hin naar Sriracha was het gelukkig niet zo druk als ons voorgespiegeld was, sterker nog er was helemaal geen sprake van files rondom Bangkok. Na Bangkok stonden er 2 “tussenpunten” in het navigatiesysteem. De eerste was the Ancient City; de Thaise versie van het Openluchtmuseum in Arnhem.

Voornamelijk tempels en een paar dorpjes waarvan dan wel de originele opnieuw opgebouwd zijn, dan wel op schaal nagebouwd zijn. Zonder problemen hebben ze één van de belangrijkste tempels van Cambodja – de Preah Vihear – nota bene met de Thaise vlag erbij op spectaculaire wijze nagebouwd. Probleem is alleen dat de tempel toch echt in Cambodja staat (weliswaar vlak bij de grens met Thailand) maar dat wordt al jaren betwist door de Thai… Door de militaire schermutselingen ter plekke wordt toeristen zelfs aangeraden het gebied te mijden. We fietsen zo van tempel naar tempel, waarvan we een flink aantal op de originele locatie hebben bezocht. Leuk!
Het tweede tussenpunt heb ik via GoogleMaps ontdekt; de Hong Tong tempel, die boven de zee gebouwd is. Hier is het om de één of andere reden wel heel erg druk en rijden we mannetje aan mannetje. Heb nog nooit zoveel schoenen en slippers bij een tempel zien staan…


We overnachten in Sriracha (waar ooit de srirachasaus – ’n pittige chilisaus – bedacht is; de saus staat nu bijna op elke tafel als dipsaus). In en rondom de stad is blijkbaar veel Japanse bedrijvigheid, er wonen hier duizenden Japanners. Dus veel Japanse hotels, restaurants en karaokebars in de stad en ook Balcony Seaside is ’n Japanse aangelegenheid. Overigens, hoewel het hotel Balcony Seaside heet, is dit één van de weinige verblijfplaatsen zonder balkon…!

Sushi en andere heerlijke gerechten bij het ontbijt, ’n echte Japanse toilet met ’n uitgebreide bedieningspaneel voor het reinigen van “de achterkant en de voorkant”….. Zelfs een föhn om de boel te drogen; wat ’n genoegen! Blijkbaar hebben de meeste Japanners zo’n soort toilet in huis.


Ook maken we kennis met het Japanse badritueel: de onsen of ofuro. Het hotel heeft een onsen met een stuk of wat baden van verschillende temperaturen (de warmste is 45°C!) voor heren en dames apart. Heb gelukkig van tevoren wat YouTube filmpjes bekeken, want er zijn heel wat regeltjes waar je je aan dient te houden…
Tussen neus en lippen door hebben we in Sriracha ook nog 'ns de Angsila vismarkt, een Chinese tempel en de Hell Garden bezocht. Bij deze beelden meer smerige details dan de vorige keer (zie het fotoalbum...) Je wilt niet weten wat er in de hel met je kan gebeuren wanneer je overspel pleegt! Gelukkig staat er bij elke beeldengroep een grote bus zodat je met geld de vergeving  af kan kopen.

Helaas hebben we de Japanse restaurants misgelopen, want na ruim 3 weken was het voor Paul tijd voor 'n pizza. Gelukkig hadden ze ook een paar "Thaise smaken" op de kaart; de Tom Yum Goong  (zure garnalen soep) was uitstekend terug te proeven in de pizza! Bovendien mocht ik als tegemoetkoming bij de Big C  een heerlijk stuk blauwe kaas kopen; daar was ik nu weer aan toe!


Onze volgende etappeplaats is Pattaya, het Sodom en Gomorra van Thailand. De junta is er overigens druk mee bezig om hier een einde aan te maken en er ’n keurige stad van te maken. Maar Pattaya zonder gogogirls en -boys is haast niet voor te stellen. We logeren in het Holiday Inn Hotel aan de kustweg, op de 24ste (één na hoogste) verdieping. Het grote balkon - met uitzicht op zee - bungelt met gevaar voor eigen leven hoog boven het gedoe beneden. De verkeerschaos en het kabaal van al de hordes Russen, Chinezen en Indiërs gaat volledig aan ons voorbij; de kamer is een oase van rust en van alle gemakken voorzien (alleen het Japanse toilet ontbreekt helaas…). 'n Verdieping hoger is de executive lounge; daar kunnen we in alle rust (buiten) ontbijten, staan de hele dag koffie, thee en sandwiches klaar en is het tussen 18.00 en 20.00 feest met gratis hapjes en drankjes. De champagnekurken knallen geregeld… En dat alles met ’n schitterend uitzicht over de baai en zonsondergang! Zo komen we de vooravond de komende 5 dagen wel door.

room with a view....
't Is een ander soort Thailand dan we kennen van de andere regio's... (eigenlijk wisten we dat natuurlijk wel, te meer daar we hier in 2002 al eerder waren om te golfen) Zo bezoeken we de Sanctuary of Truth - een tempel volledig opgebouwd uit teakhout (en naar verluid zonder spijkers!) - en betalen bijna €15 per persoon entree; da's ongebruikelijk voor een tempel. Bovendien moeten we een helm op, omdat ze bezig zijn met reconstructies. (hout en zout water - de tempel staat direct aan  zee - gaan blijkbaar niet goed samen; er worden voortdurend onderhoudswerkzaamheden gepleegd) Overal wordt er hard gebeiteld aan al het houtwerk... Indrukwekkend, maar we hebben toch 'n beetje het gevoel een tikkeltje genomen te worden.... Alle andere money traps laten we voor wat ze zijn; de tijgers, het aquarium, het rubbermuseum (?) en de bloementuinen. Er is er toch één waar we intrappen: 'n paar golfbanen kunnen we niet weerstaan. Maar ja, duur en erg druk met veel langzame Koreanen....

En dan die schitterende - pas geopende - nieuwe shoppingmall "Terminal 21"; net als 'het zusje' in Bangkok staat het winkelcentrum in het teken van reizen (elke verdieping een ander bestemming in de wereld) en hier staan er 2 vliegtuigen voor de deur, één bijna in volle vlucht. Kijken, kijken en niet kopen!



Er is er nog één die we niet willen missen; de Tiffany's Show. The number one transvestite cabaret show in Asia! 'n Extravagante show met veel jurken, muziek en prachtige decors. Professioneel en vermakelijk! Alleen tijdens  het fotomomentje buiten (tijdens de show mag er niet gefotografeerd worden) zorgen de dames er op een agressieve manier voor dat ze voldoende honderdjes te pakken krijgen....Het enige minpuntje van de avond.

200 Thai Baht....


Friday, November 23

de val


Inmiddels zijn er 3 keer mannen over het plafond gekropen, op zoek naar “het beest”. Behalve 2 fikse gekko’s en wat muizenkeutels zien ze blijkbaar niets bijzonders; wij zijn er van overtuigd dat wat we over het plafond horen ‘stampen’ iets groters moet zijn… Om ons tevreden te houden zetten de heren een val met een lekker klein banaantje als lokmiddel op het plafond. Nu maar hopen dat het beest van bananen houdt; hij lijkt in ieder geval dol te zijn op elektriciteit, want we horen ‘m ’s nachts vlak boven ons hoofd in de slaapkamer met veel enthousiasme aan de inbouwspotjes knagen. A continuing story!

Behalve 5 rondjes golf en zo nu en dan een paar baantjes in het zwembad wordt er vooral veel gelummeld in Villa Lisa! De dagen beginnen al vroeg; we zitten al rond zonsopkomst (ongeveer 6 uur) buiten, de koelste tijd van de dag. Na het “kopje-koffie-krantje-ritueel” – begeleid door een kakofonie van tropische vogelgeluiden – doet Paul voor Kagerzoom z’n webmasterklussen (zo vlak voor de Algemene Leden Vergadering is er veel werk aan de winkel) en ik vis met ’t net de blaadjes en insecten uit het zwembad. De boodschappen, de autobiografie van Michelle Obama (wat ’n leuke vrouw en boeiend boek! Michelle for President!) en kokkerellen vullen de dag…


Normaal gesproken is golf een strijd tegen de baan of je tegenstander, maar hier spelen we tegen de hitte. De hoge luchtvochtigheid en de 34 à 35 °C zorgen voor een zwaar gevecht en na 18 holes zijn we werkelijk helemaal uitgeput. En dat terwijl de lieftallige caddies met onze tassen en watervoorraad lopen te zeulen…. Vanuit Nederland horen we dat er thuis een lekker koel briesje staat met temperaturen die zo'n 30 graden lager liggen; tja, ik weet wel waar ik voor zou kiezen...

Op donderdag  worden we door Cees uitgenodigd op Palm Hills, sinds een aantal jaar zijn homeclub. Hij kent de baan natuurlijk op z’n duimpje en zijn vaste caddie weet een paar prima dames voor ons op te trommelen. ’t Is fijn dat ze redelijk Engels spreken en veel verstand van zaken hebben. Dat ik op de par 3 achtste hole bijna m’n eerste hole in one sla is ook deels te danken aan haar juiste stokkeuze…

We lopen de vloer niet bij ze plat, maar het contact met Kees en zijn Thaise echtgenote Panjit  maakt het logeren in Villa Lisa (naam van z’n kleindochter) extra leuk. We horen alle ins and outs tijdens de borrel,  Panjit belt zo nodig golfbanen op om afslagtijden te boeken (zelfs daar spreken ze soms geen Engels), zorgt er voor dat de was wordt opgehaald en regelt dat binnen een paar minuten de tuinman/zwembadboy/manusje-van-alles op de stoep staat met een muizenval! Het instabiele internet heeft ze helaas niet helemaal weten  op te lossen… 

Vanmiddag had het stel (voortreffelijke!) oliebollen gebakken, die worden samen met een busje poedersuiker en een “gelukkig nieuwjaar” met Thaise tongval bij het zwembad afgeleverd! Een Nederlandse lekkernij onder tropische omstandigheden; we maken ze soldaat in de schaduw van de sala. Morgen gaan we samen een appeltaart bakken, dat heeft Panjit klaarblijkelijk nog nooit gedaan… 's Avonds worden we ter afscheid gefêteerd op een heerlijke sushi-maaltijd!


Dit weekend komt er een einde aan het gelummel en beginnen we aan de roadtrip naar het zuid oosten van het land. We hadden bedacht om op een rustige zondag onder Bangkok door te rijden, maar we zijn nu al van verschillende kanten gewaarschuwd dat juist zondag de drukste dag van de week is omdat de Bangkokianen – die in grote getale voor het weekend naar Hua Hin komen – op zondag al weer vroeg vertrekken om de verkeerschaos rondom de hoofdstad voor te zijn. Nou ja, we vertrekken rond negen uur en zullen wel zien…

De reis gaat langs de kust richting het zuiden via Sriracha (ja, van de saus!) (Balcony Seaside; 25-26/11), Pattaya (Holiday Inn; 27 /11-1/12), Rayong (Holiday Inn; 2-3/12) naar Koh Samed (Koh = eiland) (Samed Villa Resort; 4-6/12) en Trat (Rimklong Boutique Hotel; 7/12). 

Vervolgens 5 heerlijke dagen op Koh Chang (Chang=olifant) (AWA Resort; 8-12/12) en dan weer terug richting Bangkok via Chantaburi (BaanLuang Rajamaitri Historic Inn; 13/12 en Pimdara; 14/12), Khao Soi Dao (Chatrium Golf Resort 15-16/12), Sakaeo (Chantra Hotel; 17/12) en Chachoengsao (the Brown House Hotel; 18/12.! 

De laatste 3 dagen logeren we in Bangkok in the Amara, in een Club Room inclusief toegang tot de clublounge en dat is feest!! Al met al ’n mooie tocht, me dunkt. Het rondje is weer met veel beleid samengesteld en de hotels na uitgebreid vergelijken geboekt.

                         

Monday, November 19

het beest...


Dat zou zo maar de titel van een horrorfilm kunnen zijn…. En eerlijk gezegd lig ik er wel eens wakker van! Tijdens de mooiste tijd van de dag – tussen kwart voor en kwart over zes ’s avonds – wordt het van licht plotsklaps donker. Vlak daarvoor beginnen alle vogels luidruchtig te kwetteren en fluiten, komt de wodka uit de vriezer en wordt het buiten langzaam aan iets koeler. Maar dat is ook de tijd dat “het beest” als een wilde en met heel veel kabaal over de plafondplaten begint te rennen. We hebben geen idee wat voor beest het is (hebben ’t nog nooit gezien) en misschien is dat ook maar het beste… 

(de gekko in 2016)
Volgens buurman Kees is het een gekko, en hoewel we 2 jaar geleden inderdaad zo nu en dan een flink exemplaar uit de dakgoot hebben zien kruipen, maakt ‘ons’ beest meer lawaai dan een gekko met z’n schattige ‘kleef-voetjes’ zou kunnen produceren. Om 5 uur ’s ochtends wordt-ie weer wakker en gaat weer flink te keer en hoor ik ‘m door de dakgoot schuifelen…

Met enige regelmaat staan er Thaise filmpjes op YouTube van enorme varanen in badkamers en pythons en cobra’s die via het riool in wc-potten belanden. Menig heerschap is dan ook in z’n kruis gebeten… Aan dat soort filmpjes dan maar niet al teveel denken!

Over slangen gesproken; toen ik onlangs iets uit de auto ging halen stond ik op het pad naar huis bijna op een slang.. Eerlijk gezegd was het een slangetje, maar wel gifgroen en volgens de buurman zijn alle groene slangen in Thailand giftig. Ben sinds die keer wel iets voorzichtiger als ik richting auto ga….



Nog meer horror tijdens ons ritje van afgelopen zondag! We hebben een stuk of wat Wats bezocht in de omgeving van Hua Hin en bij de Wat Chang Thaeng Krachat belandden we - zoals een enkele keer eerder - in een bizarre beeldentuin met afschuwelijke scenes uit de hel. Bloederige taferelen, afgehakte ledematen, martelingen; allemaal om (jongere) bezoekers te laten zien wat er gebeurt als je je bezondigt aan één van de 6 hoofdzondes. Zo mag je niet stelen, geen dieren mishandelen, geen buitenechtelijke seksuele activiteiten hebben en geen alcohol, sigaretten en verdovende middelen gebruiken. Alleen die laatste zonde al zal er voor zorgen dat het razend druk is, daar in de Boeddistische hel....


Extra spanning - maar dan pas over een paar weken in Bangkok - op de glazen vloer van het ruim 300 meter hoge 'observatory' van de Mahanakon Tower. Voor iemand met hoogtevrees, zoals ik, zal dat geen genoegen zijn.... Maar wel spectaculair!!

De toren is al een aantal jaren in gebruik, maar het 3 verdiepingen tellende uitkijkgedeelte is pas afgelopen weekend met veel bombarie geopend. Ik heb al een paar keer via Messenger gevraagd wanneer de Skywalk open zou gaan en dat werd telkens een kwartaal uitgesteld. 't Laatste bericht was dat het Q4 van 2018 zou worden geopend en dat is nu dus gelukt.... We logeren in Bangkok trouwens schuin tegenover de Mahanakon Tower en hopen mooi uitzicht te hebben op het gebouw. Overigens was de eigenaar van de toren de schatrijke Thai die onlangs bij een helikopterongeval in Engeland om het leven is gekomen.

Jasses...! (foto: Bangkok Post)
Zo valt er hier altijd wat te beleven!

Monday, November 12

spicy & wet


Ondertussen is het al weer een week geleden dat we onze intrek hebben genomen in Villa Lisa, we zijn nu inmiddels voor de vijfde keer in Summerland. De eerste paar dagen voornamelijk niets gedaan; gezwommen, gelezen en boodschapjes gedaan. 

Dat was een mooie manier om te wennen aan de Tropen, de jetlag weg te slapen en de darmen weer een beetje op gang te laten komen. (volgens Paul was ’t m’n omelette met oesters op de nachtmarkt, maar ik verdenk de Som Tam – extreem pittige papaya salade – in de foodcourt van Blue Port ervan. Die was zóóó pittig (en ze vroeg nog wel zo lief of ik het spicy wilde hebben; yes, please!), daar brand je alles mee kapot… ’t Lijkt ondertussen weer onder controle! En hij ziet er zo onschuldig uit, hè? (die zwarte dingetjes zijn gefermenteerde krabbetjes; zou ook zomaar de oorzaak kunnen zijn...)

Som Tam

Op vrijdag leek de moesson weer terug te komen; een onweers-/regenbui van bijna 24 uur! De weersverwachtingen gaven wel veel regen aan, en de Thai Meteorological Department voorspelde niet veel goeds voor de zuidelijke provincies, maar ja dat nemen we meestal met een korreltje zout… Dat was deze keer niet terecht! Zelfs de hoofdwegen van Hua Hin waren overstroomd (er was sprake van de heftigste overstromingen in de regio sinds jaren, dus we hebben het dorp maar gemeden.


Toen op zaterdag de laatste druppels vielen hebben we de stoute slippers aangetrokken en zijn naar de markt gegaan. Voor heerlijke zoete mango’s, ’n kammetje kleine bananen (er hangen trouwens ook bananen in de tuin, maar die zijn nog net niet rijp) en m’n favoriete winkeltje “Salma Curry”. ‘Heb geloof ik al eerder dit jonge stel, die met emmers vol met verschillende curries en chilis op de oude overdekte markt staan,  geprezen. Zelfs als je voor € 0,25 massamancurry komt halen blijven ze vriendelijk en wordt ’t prachtig ingepakt. 
En je kan ze – ik denk als enigen op de Chatchai markt – volgen via Facebook en Instagram…. Die twee hebben zich goed in de markt gezet!
Jammer genoeg kunnen we niks meenemen naar huis, want na onze weken in Hua Hin gaan we nog 4 weken reizen en het spul moet gekoeld bewaard worden.

De massaman currypaste had ik nodig voor een heerlijke Massaman Curry met kip, en met deze curry paste was het lekkerder dan ooit! (recept van Hot Thai Kitchen Pailin “Pai” Chongchitnant: https://hot-thai-kitchen.com/massaman-curry/  is erg makkelijk te maken!)



Over in de markt zetten gesproken... Ik krijg de indruk dat de nieuwe koning nu flink aan de weg timmert. Niet alleen zijn er inmiddels bankbiljetten en munten met zijn beeltenis maar ook alle portretten van de oude koning in de straten zijn ondertussen vervangen door de nieuwe (al dan niet gefotoshopt?). Al blijft de oude telkens ook nog veel in beeld! Zo is er in het dorp een tientallen meters lange muur door verschillende schilders voorzien van allerlei portretten en facetten van Buhmibol. Mooi!


Na de zondvloed van het afgelopen weekend is het nu weer prachtig winterweer (al zou de luchtvochtigheid nog 'n stukje mogen zakken...) en hebben we een mooi rondje op Lake View achter de rug. Morgen mogen we - ik zou haast willen zeggen traditiegetrouw - meespelen met de Power Tee wedstrijd op Banyan; gezien het aantal duikboten en pro's dat hier aan deelneemt maken we weinig tot geen kans, maar het is wel een prima gelegenheid om op voordelige manier een rondje op de mooiste baan van de regio (en er wordt zelfs gezegd van Zuid-Oost Azië; ze zijn onlangs weer flink in de prijzen gevallen) te lopen. En ook nog 'ns lekkere Thaise hapjes toe! 'Vind het niet erg om niet in de prijzen te vallen in dit geval...


Wednesday, November 7

Lek & Bon



’t Is telkens weer even doorbijten, wanneer je na ’n half uurtje vliegen op je schermpje ziet dat je nog 5600 mijlen en ruim 10 uur voor de boeg hebt… Maar ja, de vlucht is – zoals de Taiwanese piloot van EVA Air ons al had beloofd – very smooth. En dat in combinatie met de zeer ruime zitplaatsen die horen bij de “Premium Economy Class” zorgt er voor dat we flink wat uurtjes kunnen dutten. Dat maakt zo’n lange nachtvlucht ’n stuk prettiger! Bijkomend voordeel van de Premium Economy Class is dat de koffers en golftassen als eerste van de band af komen rollen; we staan – eenmaal in Bangkok – dus binnen no-time bij het kantoortje van Hertz.

Daar krijgen we een gloednieuwe Honda City (met 59 kilometer op de teller) mee; de guitige knul achter de balie zegt “we just bought new car!”.  Hij schiet bovendien in een stuip wanneer-ie ziet dat we ‘m pas over 7 weken komen terugbrengen; zijn eigen vakantie duurde maar 6 dagen…. We zijn nog wel even bezig met het verwijderen van alle beschermmaterialen en hopen maar dat we ’m eind december zonder kleerscheuren kunnen inleveren.

We logeren de eerste nacht – vaste prik – vlakbij het vliegveld; 10 minuten rijden, 4 afslagen naar links en één lastige u-turn, meer is onverantwoord na bijna 11 uur vliegen, me dunkt…. De volgende ochtend beginnen we al vroeg fris en fruitig aan de toeristische route naar Hua Hin. De eerste stop is nog voordat we Bangkok gepasseerd zijn. Het Erawan Museum – gebouwd als een kolossale olifant met 3 koppen – zien we elk jaar vanaf de snelweg als we van het vliegveld naar het centrum (of vice versa) rijden en is één van de toppers van Bangkok. Maar omdat het ver uit de stad ligt en tot voor kort slecht met openbaar vervoer bereikbaar was,  was het er nog nooit van gekomen. Nu nemen we de afslag van de snelweg, klimmen via een wenteltrap door één van de poten naar een bijzondere tempel in de romp van het beest en rijden daarna door naar een vissersdorpje aan de kust.


Ook tijdens deze 7 weken hebben we weer een paar bijzondere tempels op het programma staan. Meteen tijdens de eerste dag een hele onconventionele; aan de kust - tussen de zoutvelden - staat sinds kort een tempel in de vorm van een enorme boot ter ere van de zeelieden en vissers. Je kan naar het dek/dak klimmen voor een mooi uitzicht over de zoutvelden. (zie fotoalbum hiernaast) Bijzondere architectuur met een paar geinige details!

Omdat Villa Lisa de eerste 2 dagen nog niet beschikbaar is logeren we 2 nachtjes in het Loligo Resort, aan het strand. Leuk – boutique – hotelletje, maar dat strand is wel een dingetje; tijdens dit seizoen is er overdag door de vloed geen strand, ’s nachts daarentegen is het reuze breed…. Terwijl we ’n ochtendwandelingetje maken over het strand komen we ternauwernood aan bij Khao Takiab, terug moeten we door het dorp…

Maandagochtend hebben we vroeg een afslagtijd op Sea Pines (geboekt via Golfsavers: https://www.golfsavers.com/  Gemakkelijk en voordelig!). Wanneer we uitchecken zegt de vriendelijke receptioniste van Loligo dat één van onze banden a little empty is. Nou ja, zeg maar  gewoon: lek! Eén van de beveiligingsmannetjes helpt ons met het wisselen van de banden en al gauw blijkt dat een enorme spijker de oorzaak van alle ellende is. Toch nog op tijd bij Seapines blijkt – wat ’n toeval – dat de naam van m’n caddy ‘Lek’ is. De dame van Paul heet ‘Bon’; die hebben we tot op heden gelukkig nog niet gekregen….


Na afloop van het rondje Sea Pines zijn 3 garagisten zo’n 20 minuten bezig met de reparatie van het lek. We rekenen Thai Baht 200 (= €5) af; dat gaan we maar niet indienen bij de verzekering…

Friday, June 22




Sunday, June 17




Monday, April 30

't bijterje blijkt 'n plassertje te zijn....

De laatste week logeren we bij André en Chris aan de Hartnell Drive in Austin in 'n vreedzaam wijkje op zo'n 10 minuten rijden van het centrum van de stad. Knus ook, iedereen wuift naar iedereen en alle hondeneigenaren (en dat zijn er 'n boel!) staan meer te kletsen dan dat er gewandeld wordt... Bovendien zijn er ook nog 'ns tientallen golfbanen op korte rijafstand. Wij kiezen voor Lago Vista (inderdaad prachtige vergezichten, maar gruwelijk onderhoud!), Shadow Glenn (we spelen er met Mike, 'n clubfitter met handicap 0 en z'n (meerijdende) vriendin die op hondje Cooper - 't bijtertje van de eerste dag - lijkt, maar verder wel aardig is) en Roy Kizer ('n gemeentebaan met veel allure, maar wel aso's in de flight voor ons met 'n luide radio in de buggy!)


We doorkruisen het centrum 'n keer of 3; 2 keer te voet en één keer met de fiets. Ook Austin heeft 'n mooi "fietsenplan", waarbij je voor 'n paar dollar fietsen kunt oppikken op één van de vele dockingstations. We fietsen rondom het meer - met uitzicht op de nog immer groeiende skyline - en bezoeken Eeyore's  (de ezel van Winnie de Pooh verhalen) verjaardag. Da's 'n 'fundraising evenement' dat dit jaar al voor de 55ste keer wordt georganiseerd en vooral wordt bezocht door overjarige hippies en halfontklede weirdo's. Veel muziek, er wordt veel gebarbecued en geblowd; relaxed sfeertje! Boven het park hangt 'n enorme marihuana wolk; het lijkt wel alsof het daar allemaal om draait...


We wandelen langs een schitterende "installation" van Ai Weiwei (bestaande uit 1300 fietsen!), de installation "Austin" ('n soort kapel) bij de Blanton Museum en het George Washington Carver Museum (over de historie van de zwarte bevolking van Austin) . In de tuin bij het Capitool staan we stil bij het  African American History Monument en binnen onder de prachtige koepel beleven we 'n  een kippenvelmomentje wanneer we de laatste 2 nummers van een groot koor meemaken; wat 'n akoestiek!
Bij het meer lopen we langs 'n installatie, die later een prachtig openbaar toilet blijkt te zijn....Tja, Austin staat niet voor niets bovenaan alle lijstjes met de beste steden om in te wonen in de USA!
Plassen in 'n kunstwerk...


Over plassen gesproken... Ondertussen zijn we de beste maatjes met Cooper; hij gaat elke ochtend door het dolle wanneer hij ziet dat we er nog zijn. En maar wiebelen met z'n kontje; z'n staart is helaas gecoupeerd.
Op de dag voor vertrek beland Cooper in onze slaapkamer - voor hem verboden terrein - en om z'n terrein af te bakenen vindt hij 'n keurig stapeltje kleren (die klaar liggen voor de terugvlucht) om op te plassen.... Mooi afscheid!

Sunday, April 29

Valero Texas Open 2018

In het weekend van 19 tot 22 april wordt het Valero Texas Open gespeeld, zoals elk jaar op de TPC San Antonio. 't Ritje van Austin naar San Antonio is minder dan anderhalf uur, dus da's 'n leuke gelegenheid om ook hier 'ns te gaan kijken! De baan is niet te vergelijken met Augusta natuurlijk en het spelersveld is ook niet erg bijzonder, maar de kaartjes - die we bij de lokale supermarkt (H-E-B) hebben gekocht - kosten dan ook maar $25 (2 tientjes bij de huidige koers)! Valero, de sponsor, is een  belangrijke benzineproducent; er staat dan ook een tankstation voor de ingang van de baan....


Na het overlijden van Barbara Bush hangen door het hele land - en vooral in Texas - alle vlaggen halfstok. Ze was 'n erg geliefde inwoonster van Houston, TX; er wordt dan ook veel aandacht gegeven aan haar overlijden en begrafenis. (en natuurlijk weer schande gesproken over Trump, die zijn onbenullige echtgenote naar de begrafenis stuurt en zelf thuis blijft...) Ook tijdens dit toernooi hangen alle vlaggen - behalve de holevlaggen ;-) - half stok.

We zijn nog geen 5 minuten binnen of ik heb m'n eerste prijs al binnen; met een putt-in-one bij sponsor Geico ('n verzekeraar) win ik 'n headcover in de vorm van een gekko, het symbool van de maatschappij.


Hier geen gedistingeerde pimentocheese- of eggsaladsandwiches voor $1,50 zoals op Augusta, maar heerlijke vette Texas-food voor heel wat meer...
Ook geen drommen publiek; de meeste "sterren" hebben afgelopen vrijdag de cut niet gehaald. Sergio Garcia , Martin Kaymer, Adam Scott en Shubankar Sharma zijn nu waarschijnlijk 'n feestje aan het vieren op de ranch van Garcia in Austin!


Terwijl tijdens de Europese Tour de scoreborden nog steeds met de hand worden bijgewerkt, staan er bij de PGA Tour bij elke green schitterende elektronische borden, waarop je bovendien kan zien wie er naar de green slaat, hoeveel yards hij over heeft, welke slag het is. En allerlei andere leuke informatie; hier heb je als bezoeker geen Jan Kees van der Velden nodig...


Wie er uiteindelijk gewonnen heeft weten we eigenlijk niet eens; één van de vele onbekende Amerikaanse spelers. Ook hier laten de overgebleven sterren (als Zach Johnson en Mat Kuchar) het afweten...Het mooie dagje sluiten we - op de terugweg - af bij de outlet stores in San Marcos. Ook winkelen blijft hier 'n feestje met de zwakke dollar!