Monday, May 4

crotaphytus Akkermanus...?

Day 9: maken we een rondje (van ruim 300 km…) langs de Vermilion Cliffs (en vermiljoen zijn ze!) en wandelen in het spookachtige landschap van de “Rimrock Hoodoos”. Of zoals één van de wandelaars die we tegenkomen zegt: "it's pretty weird overthere...!")


We kijken ook veel omhoog, want volgens de Lonely Planet zijn jaren geleden in dit gebied de – bijna uitgestorven – California Condors uitgezet. En jawel hoor, vlak voor het einde van de trip zien we er  vanaf de wandelbrug over de Colorado River één vliegen in de “Marble Canyon”! Iedereen op de brug is door het dolle heen…

Op vrijdag (Day 10) – de dag dat we naar de Grand Canyon gaan – zien we tijdens Good Morning America een nieuwsbericht over een man die de dag ervoor de canyon ingevallen is… We nemen ons voor om schoenen met goede profielen te dragen! Het schijnt dat er 3 personen per jaar van de rand afvallen, al dan niet opzettelijk… En eerlijk gezegd is het paadje langs de ‘rim’ best wel smal!
Het is razend druk rondom de canyon; het kost ons dan ook flink wat moeite om een parkeerplaats te vinden. Vanaf daar rijden we met de shuttlebus langs alle uitzichtpunten en wandelen we  - anders dan de meeste bezoekers – een paar kilometer langs de “south rim”. 


Weg van de massa vinden we een prachtig plekje voor onze meegebrachte lunch en bungelen bijna met onze beentjes over de rand; dat is nog eens lunchen met uitzicht!

’s Avonds eet ik  in Tusayan een typisch Mexicaans gerecht waar ik al heel lang m'n zinnen op heb gezet: Pollo en Mole, oftewel Kip in Chocoladesaus. Ik weet nog steeds niet zeker of ik het lekker vind… Samen met de gebruikelijke dubbel gebakken bonen en rijst ziet het er eigenlijk ook niet uit.
De volgende ochtend hebben een paar Aziatische groepen het ontbijtbuffet (gebakken eieren met spek, pancakes en de befaamde cinnamon rolls (bolussen)) overgenomen; gelukkig vinden we nog wat restjes en zitten - als enigen - lekker buiten te ontbijten!

Pollo en Mole

Op Day 11 rijden we van de Grand Canyon naar Gallup - laten de drukte achter ons -  en bezoeken halverwege het Petrified Forest National Park en de"painted desert". Hier stond 225.000.000 jaar geleden een bos met statige sequioa’s; een vulkaanuitbarsting, overstroming en heel veel jaren later liggen er nu honderden versteende boomstammen in het park (en buiten het park zijn stukken versteend hout vanaf $1 tot $40.000 te koop!). De dramatische onweerslucht maakt het bezoek extra spectaculair, wanneer later de wind aantrekt gaan we iets sneller lopen… Maar pas aan het begin van de avond breekt de hemel open.

Op één van de “houtblokken” zit een hagedis in alle kleuren van de regenboogvlag; wanneer ik later aan de rangers vraag wat de naam van het beestje is, slaan ze steil achterover. Die hadden ze hier nog nooit gezien! Waarschijnlijk gaat ’t om de Collared Lizzard, denken ze? Maar misschien heb ik wel een nieuwe diersoort ontdekt; de crotaphytus Akkermanus… Helaas, op wikipedia blijkt dat-ie wel veel weg heeft van het door de rangers genoemde beestje.


1 comment:

Loes said...

Jullie maken zoal wat mee daar.
Lunchen op de rand van een klif, iiiiiiiiiiii, mij niet gezien,
hoeft ook niet. Als jullie maar genoten hebben.
En dat hagedisje, voor mij heb jij dat ontdekt.
Een kleurrijk figuurtje,

Liefs loes.